Meer met minder?

Publieke prestaties tijdens bezuinigingen

In afwachting van de verkiezingen zijn publieke organisaties drukdoende zich voor te bereiden op wat een volgend kabinet voor hen in petto heeft. De kans op een nieuwe bezuinigingsronde is altijd aanwezig, omdat de geschiedenis ons leert dat ook in goede tijden regelmatig geprobeerd is om in het overheidsapparaat te snijden. Tegelijkertijd blijven we nog steeds dezelfde, zo niet betere prestaties van publieke organisaties verwachten. Niet voor niets is ‘meer met minder’ een populair credo in de politiek. Aan publieke managers de taak om te kijken hoe zij bezuinigingen kunnen implementeren met oog voor de prestaties van hun organisatie.

Mondjesmaat komt er in de bestuurskunde meer aandacht voor de relatie tussen bezuinigingen en prestaties van publieke organisaties. In een recente literatuurreview van onderzoek naar bezuinigingen van de afgelopen 40 jaar werd ingegaan op de instrumenten die publieke managers tot hun beschikking hebben om bezuinigingen te implementeren. Klassiek is het onderscheid tussen proportionele bezuinigingen en gerichte bezuinigingen. Bij proportionele bezuinigingen, die vaak beter bekend staan als de kaasschaafmethode, worden alle onderdelen van de organisatie geacht eenzelfde percentage te bezuinigingen. Zo’n strategie wordt gekscherend weleens de equal misery approach genoemd, omdat de pijn van bezuinigingen wordt verdeeld over de hele organisatie en daarmee ook iets gelijkwaardigs in zich meedraagt.

Vet
Daartegenover worden gerichte of strategische bezuinigingen geplaatst, waarbij verschillende onderdelen van een organisatie een verschillende bezuinigingsopdracht krijgen. Hoewel strategische bezuinigingen een positievere connotatie hebben, is het vaak moeilijk te motiveren waarom het ene onderdeel van de organisatie een ander percentage moet bezuinigingen dan een ander onderdeel. De term random cuts, die soms gebruikt wordt voor deze strategie, spreekt wat dat betreft voor zich. Maar wat betekent het gebruik van deze bezuinigingsstrategieën voor de prestaties van publieke organisaties?

‘De kaasschaafmethode kan onvoorziene effecten hebben op de prestaties van een organisatie’

Als het aankomt op de invloed van bezuinigingen op de prestaties van publieke organisaties, weten we bijvoorbeeld dat de kaasschaafmethode van bezuinigingen een risico met zich meebrengt. Deze methode kan na een bepaalde drempel onvoorziene effecten hebben op de prestaties van de organisatie. Vaak is het vooraf niet goed in te schatten, wanneer dat moment is. Voor publieke managers is het lang niet altijd vooraf duidelijk of een bezuiniging met de kaasschaaf het vet op de botten zal wegsnijden of dat het mes echt in het bot gezet wordt. Dat is een risico en daarom worden strategische bezuinigingen soms gezien als betere optie.

Tijdsdruk
Bestuurskundigen uit Estland – die veel onderzoek doen naar bezuinigingen in de publieke sector – hebben aangetoond dat het gebruik van prestatie-indicatoren kunnen helpen om meer gerichte bezuinigingen te realiseren. Prestatie-indicatoren kunnen publieke managers helpen om beslissingen te nemen over waar te bezuinigingen. Tegelijkertijd is er een probleem. Het gebruik van deze indicatoren is namelijk niet altijd gebruikelijk, zoals eerder al door Tom Overmans werd beschreven op deze site. De tijdsdruk die gepaard gaat met bezuinigingen is hier meestal oorzaak voor. Verschillende voorbeelden in Nederland laten zien hoe moeilijk het is als een organisatie moet bezuinigen en tegelijkertijd goede prestaties moet laten zien. Zo werd de Inspectie van het Onderwijs een paar jaar geleden verweten dat het de problemen met ongeldige diploma’s bij Hogeschool Inholland niet had gezien. De organisatie was echter, niet voor het eerst, slachtoffer van bezuinigingen zonder dat het takenpakket was verminderd. Oftewel, we bleven dezelfde prestaties verlangen maar wel van een krimpende organisatie.
De huidige periode vlak voor de verkiezingen en het tot stand te komen regeerakkoord zijn voor publieke managers eigenlijk de stilte voor de storm. Het is voor hen dus zaak, juist nu tijdsdruk nog niet zo sterk aanwezig is, om na te denken over hun organisatie in de toekomst, hoe eventueel bezuinigd kan worden en hoe de prestaties toch beschermd kunnen worden. Dit is het moment om de eigen prestaties onder de loep te nemen en kritisch te kijken naar het eigen functioneren. Zo blijven publieke prestaties hopelijk beschermd tegen nieuwe bezuinigingen.

Referenties:

  • Raudla, R., Douglas, J. W., Savi, R., & Randma-Liiv, T. (2016). Fiscal Crisis and Expenditure Cuts: The Influence of Public Management Practices on Cutback Strategies in Europe. The American Review of Public Administration. http://doi.org/10.1177/0275074016661029
  • Raudla, R., & Savi, R. (2015). The use of performance information in cutback budgeting. Public Money & Management, 35(6), 409–416. http://doi.org/10.1080/09540962.2015.1083685
  • Raudla, R., Savi, R., & Randma-Liiv, T. (2015). Cutback management literature in the 1970s and 1980s: taking stock. International Review of Administrative Sciences. http://doi.org/10.1177/0020852314564313

 

Vond je dit artikel interessant? Lees alle artikelen van: Eduard Schmidt
Deel dit artikel

Er zijn nog geen reacties op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*