Een provincieambtenaar die plots moet meedenken over militaire oefeningen. Een beleidsmedewerker die vragen krijgt over voedselvoorziening in crisistijd. De politie die wordt gehackt door een Russische groep. In de nieuwe geopolitieke realiteit zijn overheden geen toeschouwers meer, maar spelers op het wereldtoneel. De krantenkoppen – over Trump, chips, NAVO en sabotage – liegen er niet om. De vraag dringt zich op of het openbaar bestuur over de volle breedte voldoende slagvaardig is in het zich aanpassen aan de snel verschuivende internationale verhoudingen. Overheden zullen geopolitiek robuuster moeten worden. Maar hoe geef je invulling aan die publieke opdracht?
Beeld: Pixaby
Die opgave reikt niet alleen tot Buitenlandse Zaken, Defensie en de NCTV, maar ook ver daarbuiten. De gevolgen van de mondiale geopolitieke turbulentie kunnen immers overal en dus ook heel ‘dichtbij’ landen. Denk aan van oudsher meer binnenlands gerichte ministeries, provincies, gemeenten en waterschappen. Dit vraagt om een breed besef van wat er gaande is. Nederland wordt geconfronteerd met een nieuwe werkelijkheid, waarin macht wordt geprojecteerd in domeinen die voorheen puur economisch of maatschappelijk werden beschouwd. Dat schuurt: want hoe verhoud je je als beleidsmedewerker natuurbeheer tot een uitvraag van Defensie voor een oefenterrein? Hoe bereid je je als publieke dienstverlener voor op digitale sabotage van je primaire processen? Wat te doen wanneer je afhankelijk bent van buitenlandse leveranciers voor basale producten als kunstmest of strooizout?
Fragmenterend
De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) bracht vorig jaar met het rapport Nederland in een Fragmenterende Wereldorde de ontwikkelingen in kaart. Het bevestigt wat steeds meer ambtenaren en bestuurders ervaren, namelijk dat het traditionele spierballengevecht van militair machtsvertoon heeft plaatsgemaakt voor een veel complexer en veelzijdiger machtsspel. Hoewel het inzetten van niet-militaire middelen zoals informatie en voedsel als machtsinstrument geen nieuw fenomeen is, krijgt dit tegenwoordig een nieuwe intensiteit.
Door decennia van globalisering is de wereld sterk verbonden geraakt, en die onderlinge afhankelijkheid wordt nu ingezet als geopolitiek drukmiddel. In een hyperverbonden samenleving als Nederland maakt dat de impact van drukmiddelen als chips, grondstoffen en media groter dan ooit – en dat is voelbaar tot in de haarvaten van de overheid.
Nederland staat dus voor een grote opgave. Dat was voor de WRR aanleiding om na de publicatie van het rapport ook breed ‘op tournee’ te gaan. Met presentaties bij bestuursraden, interactieve lezingen en verdiepende werksessies werd de analyse van het rapport omgezet in concrete beleidspraktijk, zowel binnen de Haagse ministeries als daarbuiten. De ervaring leerde: van Rijksvastgoedbeheer tot de reclassering en van de bijstand tot burgerzaken – de (geo)politisering van beleidsterreinen maakt van iedereen een speler op het machtstoneel.
Pijnlijke beleidskeuzes
De geopolitieke realiteit dwingt steeds vaker tot pijnlijke beleidskeuzes. Neem een alledaags voorbeeld als paracetamol. Om minder afhankelijk te zijn van landen als China en India, kan het een overweging zijn paracetamol binnen de EU te produceren. Dat versterkt de leveringszekerheid – en dus nationale veiligheid – maar maakt dergelijke medicijnen wel duurder, en voor sommige mensen onbetaalbaar. Een vergelijkbaar spanningsveld bestaat in de gasvoorziening: na de inval in Oekraïne sloot Nederland in hoog tempo LNG-contracten af met onder andere de VS en Qatar. Maar de schaliegaswinning in de VS brengt flinke milieukosten met zich mee, terwijl Qatar bekendstaat om grove mensenrechtenschendingen.
Zulke afruilen maken duidelijk hoe lastig het is om conflicterende belangen in balans te houden. De WRR expliciteert dit spanningsveld met een denkkader dat helpt om drie kernwaarden voor Nederland – weerbaarheid, waarden en welvaart (3W’s)– in samenhang te benaderen. Deze pijlers staan niet los van elkaar, maar vragen om een voortdurende afweging. Dat is geen simpele drieweg-wipwap, maar eerder een balansschaal die op een draaipunt rust: elke verschuiving van het zwaartepunt duwt de invulling van de W’s een andere richting op. In een steeds grimmiger geopolitieke context wordt die balanceeract almaar complexer.

Bron: WRR (2024), Nederland in een fragmenterende wereldorde.
Het 3W-kader sloeg aan in de werksessies die de WRR met departementen organiseerde. Tegelijkertijd legde het een fundamenteel risico bloot: in de begrijpelijke ijver om de weerbaarheid te versterken, dreigen waarden en (brede) welvaart het onderspit te delven. Democratie, mensenrechten, rechtsstatelijkheid en duurzaamheidsidealen kunnen immers op gespannen voet staan met nationale veiligheid.
Hetzelfde geldt voor brede welvaart: blijven boodschappen en energierekeningen betaalbaar wanneer handelsoorlogen oplaaien en industriepolitiek de markt verstoort? Evenwichtige aanpassing aan de fragmenterende wereldorde is dan een van de grootste opgaven van deze tijd. Niet alleen voor ambtenaren en bestuurders, maar ook voor ondernemers, publieke dienstverleners, maatschappelijke organisaties en huishoudens.
Vruchtbare dialoog
Voor overheden is de vraag is dus niet of, maar hoe ze die aanpassingen maken. Daarvoor is samenhangend beleid, dat de grenzen van sectoren en bestuurslagen overstijgt, essentieel. Dat is niet makkelijk, maar het moet wel gebeuren. Breed agenderen en consequent redeneren vanuit de samenhang tussen de drie W’s – weerbaarheid, waarden en welvaart – kan daarbij helpen.
Dat bleek tijdens de WRR-sessies op de verschillende ministeries. Met geopolitiek als uitgangspunt ontstond een vruchtbare dialoog en heldere conclusie: hoewel Defensie en Buitenlandse Zaken vaak in de schijnwerpers staan, spelen ook andere departementen een cruciale rol. Financiën en Economische Zaken moeten de middelen vrijmaken om strategisch beleid mogelijk te maken. Het traditioneel dominante efficiëntiedenken moet daarbij soms bewust wijken voor gecalculeerde inefficiëntie, omdat het evenwichtig beschermen van weerbaarheid, waarden en welvaart investeringen vereist die niet altijd direct rendement opleveren.
Zo bewaakt Justitie en Veiligheid niet alleen de nationale veiligheid, maar ook de rechtstaat zelf. Sociale Zaken en Werkgelegenheid vormt het bindweefsel dat voorkomt dat maatschappelijke spanningen ontsporen. En het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport moet de fysieke en mentale gezondheid kunnen blijven waarborgen in tijden van crises. Korte termijn gewin en de focus op kostenefficiëntie dreigen echter deze bredere belangen structureel te overschaduwen. Kortom, alleen in samenhang kunnen beleidsvelden voorkomen dat het dynamische evenwicht van de drie W’s uit balans raakt.
Verschansen
Tegelijkertijd bleek in de praktijk hoe hardnekkig sommige beleidsreflexen zijn. De valkuil om te blijven denken in technische oplossingen, binnen vertrouwde silo’s, of om geopolitiek als ‘ver-van-ons-bed’ te beschouwen, staat pragmatische oplossingen in de weg. Nederland kan zich geen business as usual-houding veroorloven. Zo werkten Nederlandse overheidsdiensten tot voor kort onbekommerd met Chinese apparatuur en Amerikaanse cloudleveranciers, maar nieuwe zorgen over afhankelijkheid en digitale sabotage dwingen tot herbezinning.
Ook in verschansing schuilt een gevaar. Zoals de WRR stelt: ‘Nederland is te klein en te open om erop te vertrouwen dat de eigen dijken veiligheid en welvaart bieden.’ En misschien wel het belangrijkste: vermijd simplificatie. Geopolitiek laat zich niet vangen in simpele oplossingen – het vraagt om doordacht, genuanceerd beleid dat over de domeinen heen gaat.
Weerbaarheidsmomentum
In dit tijdperk van toenemende geopolitieke spanningen ligt er een duidelijke opdracht voor alle overheden: bijdragen aan een geopolitiek robuust Nederland. Niet alleen in Den Haag, maar juist ook in regio’s, uitvoeringsorganisaties en decentrale beleidsvelden ligt de sleutel tot een weerbaar, door waarden gedreven, en welvarend Nederland. Het weerbaarheidsmomentum groeit zichtbaar – maar alleen als ook waarden en welvaart volwaardig worden meegewogen, blijft de balans behouden.
Daar ligt een kans voor alle beleidsmakers. Internationale spanningen mogen dan intimideren, ze mogen niet verlammen. Juist nu, in een fragmenterende wereldorde, kan het hele openbaar bestuur bijdragen aan een veerkrachtige samenleving.
Geef een reactie