Het beroemdste managementboek aller tijden. Zo zou je The seven habits of highly effective people best kunnen noemen. Dit boek van de Amerikaan Stephen Covey is inmiddels meer dan 25 miljoen keer verkocht in tientallen talen. In het Nederlands heet het De zeven eigenschappen van effectief leiderschap. Het is al zo’n 30 jaar oud en nog steeds een bestseller. Desondanks staan er dingen in het boek die je effectiviteit ook flink in de weg kunnen zitten. Zoals bij eigenschap 2: ‘Begin met het einde voor ogen’.
Om je persoonlijke effectiviteit te vergroten is het volgens Covey van belang om je persoonlijke levensdoel(en) te ontdekken. Zodra je daar een goed beeld van hebt is het aan te raden om die vast te leggen in een persoonlijk statuut. Je kan het zelfs uitwerken in een weekrooster met een planning van al je voorgenomen activiteiten. Dit zou ervoor zorgen dat je effectiever je doelen nastreeft. Je verkleint daarmee namelijk de kans dat je je laat afleiden door allerlei externe factoren. Klinkt mooi maar is het wel zo effectief om jezelf dit soort oogkleppen aan te meten?
Laat je niet/wel afleiden
In de jaren 20 van de vorige eeuw was er een onderzoeker genaamd Alexander Fleming. Bij zijn onderzoek naar bacteriën maakte hij gebruik van kweekplaatjes. Op een dag merkte hij dat een kweekplaatje beschimmeld was geraakt. Die was dus niet meer bruikbaar voor zijn onderzoek. Stel dat Fleming zou hebben vastgehouden aan zijn vooraf bepaalde doelstelling. Dan had hij die kweekplaat weggegooid of schoongemaakt. Dat zou voor zijn onderzoek het effectiefst zijn geweest, toch?
Gelukkig deed Fleming dat niet. Het viel hem namelijk op dat er rondom de schimmel geen enkele bacterie meer groeide. Men vermoedt dat vele anderen iets dergelijks ook al gezien moeten hebben. Die hadden dan blijkbaar wel vastgehouden aan hun voorop gestelde doel. Fleming liet zich daarentegen wel afleiden door deze smerige ‘mislukking’ en begon de stof verder te onderzoeken. De stof bleek penicilline te zijn. Deze ontdekking leidde tot de ontwikkeling van antibiotica. Het heeft een doorbraak veroorzaakt die bepalend is geweest voor het verloop van de geschiedenis. Dankzij antibiotica is het mogelijk om bacteriële infectieziektes zoals tbc effectief te bestrijden. Later ontving Alexander Fleming voor zijn ontdekking de Nobelprijs.
‘Success is often the result of taking a misstep in the right direction’ – Al Bernstein
Naast dit voorbeeld zijn er nog vele andere ontdekkingen die ‘per ongeluk’ zijn gedaan en niet meer weg te denken zijn uit ons dagelijks leven. Zoals de ontdekking van röntgenstraling, champagne, polyethyleen, post-its, theezakjes en … het continent Amerika. Dergelijke ontdekkingen worden wel aangeduid met de term serendipiteit. Het staat voor het ontdekken van iets onverwachts en bruikbaars terwijl je op zoek bent naar iets heel anders. In het boek De zeven eigenschappen… wordt hier geen rekening mee gehouden.
Wees slordig
Op de website van Harvard Business Review leggen Mark de Rond, Adrian Moorhouse en Matt Rog uit dat serendipiteit eigenlijk staat voor een bijzondere gave waarbij iemand nuttige combinaties weet te maken van observaties die op zich weinigzeggend zijn. Het zou daarmee niet gelijk staan aan geluk of toeval.
Je kunt serendipiteit stimuleren. Het gedijt goed bij een zekere mate van slordigheid en de mogelijkheid om af te wijken van vastgestelde doelen. Dit idee staat dus haaks op de ideeën uit De zeven eigenschappen… Nieuwe observaties en ideeën kunnen ook voortkomen uit contact met anderen. Het is daarom niet verkeerd om tijdens of na werktijd eens te lunchen of te borrelen met mensen uit andere vakgebieden.
Ken jij nog een ander mooi voorbeeld van serendipiteit? Laat het weten in de comments.
Geef een reactie