Per 1 juli 2023 is de wettelijke termijn van het Wsnp-traject (de Wet schuldsanering natuurlijke personen) en het Msnp-traject (de Minnelijke schuldsanering natuurlijke personen) verkort van 36 maanden naar 18 maanden. De verkorting stelt mensen in staat om eerder een schuldenvrij leven te leiden. Een belangrijk signaal, vindt Simon van Eeden, dat laat zien dat schuldenaren niet gestraft moeten worden voor het maken van schulden.
Bovendien zou de verkorting kunnen bijdragen aan het maatschappelijk inzicht dat er verschillende oorzaken zijn die verklaren waarom iemand schulden maakt. Toch lijkt in de discussie over schulden de veronderstelling nog altijd dominant dat wie zijn billen brandt, op de blaren moet zitten. Maar waar komt deze veronderstelling eigenlijk vandaan?
Adequate hulp
Gemeenten hebben volgens de Wet gemeentelijke schulpverlening (Wgs) de plicht om mensen met (dreigende) problematische schulden adequaat te helpen. Wie aan de voorwaarden voldoet, kan toegelaten worden tot schuldhulpverlening. In eerste instantie wordt er geprobeerd de schuldplichtige toe te laten tot een Msnp-traject. In dit geval zal de schuldhulpverlener op basis van de hoogte van de schulden en de afloscapaciteit een schuldregeling proberen te treffen met de schuldeisers. Als dit niet lukt, kan de gemeente een Wsnp-traject afdwingen via de rechter.
‘Onze maatschappij verwacht een straf voor het maken van schulden’
Het doel van deze trajecten is dat de schuldplichtige in 18 maanden zoveel mogelijk schulden afbetaalt. De restschuld wordt in veel gevallen kwijtgescholden indien er aan alle voorwaarden is voldaan. De insteek van schuldhulpverlening is dat mensen na het traject een schuldenvrije toekomst tegemoet kunnen treden. Ervaringsdeskundigen stellen in NRC dat schuldsanering dan ook geen ‘strafkamp’ is, maar een effectieve oplossing voor mensen met problematische schulden (Van Heezink, 2023).
De morele betekenis van het begrip ‘schuld’
Ondanks dat schulden niet altijd ontstaan zijn door de eigen schuld van mensen, wordt in onze maatschappij in de regel verwacht dat het maken van schulden gepaard moet gaan met een tegenprestatie of straf. Zo verwacht men dat schuldenaren onder de druk van schuldeisers hun schulden afbetalen, wordt ze soms een rente of boete opgelegd als ze dit niet doen en krijgen ze in veel gevallen een BKR-registratie die ze nog lang na het aangaan van de schulden zal achtervolgen. De Dikke van Dale geeft niet voor niets aan dat een schuld ook wel begrepen kan worden als een ‘tekortkoming of verkeerde daad’ (Van Dale, z.d.). In onze maatschappij is het daarom vanzelfsprekend dat wie schulden maakt, ook de consequenties van deze schulden draagt. Maar wat is schuld eigenlijk? En waarom is schuld zo verweven met boetedoening?
‘Schuld wordt doorgaans beschouwd als een morele verplichting naar de schuldeiser’
In The Philosophy of Debt (2016) stelt filosoof Alexander Douglas dat het woord ‘schuld’ intrinsiek verweven is met verplichting (duty). Het Engelse woord voor schuld (debt) vindt immers zijn etymologische oorsprong in het Latijnse woord debitum, dat op zijn beurt ontspringt uit het woord debere, dat ‘verplicht zijn’ betekent (Douglas, 2016, p. 5). Bovendien heeft ‘schuld’ in de westerse cultuur een religieuze of morele ondertoon, doordat het woord in Indo-Europese talen hetzelfde betekent als ‘zonde’. Vanuit een religieus perspectief is het aangaan van schulden dan ook een zonde die alleen door boetedoening vergeven kan worden (Douglas, 2016, p. 7).
Antropoloog David Graeber onderzoekt in Schuld: De eerste 5000 jaar (2012) de ontstaansgeschiedenis van schuld. Hij meent dat er een ‘morele verwarring’ rondom het begrip ‘schuld’ heerst. Deze morele verwarring houdt in dat schuld in onze samenleving niet alleen gezien wordt als een financiële verplichting. Schuld wordt doorgaans ook beschouwd als een morele verplichting van de schuldenaar tegenover de schuldeisers (Graeber, 2012). Volgens Graeber is ons zicht op de betekenis van schuld daardoor vertroebeld. Schuld is geen ‘neutraal’ begrip meer, maar doordrongen van morele terminologie zoals zonde en vergeving.
Eigen schuld?
De analyse van het concept ‘schuld’ laat zien dat schuld intrinsiek verbonden is met moreel taalgebruik. Het begrip ‘schuld’ veronderstelt namelijk dat de schuldenaar verantwoordelijk is voor het aangaan van zijn schulden. Wetenschappelijk onderzoek toont echter aan dat schulden niet altijd de eigen schuld zijn van de schuldenaar. In Schaarste: hoe gebrek aan tijd en geld ons gedrag bepalen (2013) laten gedragswetenschappers Sendhil Mullainathan en Eldar Shafir zien hoe financiële schaarste een grote invloed kan hebben op het gedrag van mensen. Zo tonen ze aan dat mensen die leven in armoede eerder kortetermijnbeslissingen nemen, waardoor de kans groter is dat ze financieel in de problemen raken (Mullainathan & Shafir, 2013). Daarom is een problematische schuldsituatie niet altijd het gevolg van onverantwoordelijk gedrag. Er is vaak een dieperliggende oorzaak voor deze situatie, zoals een gebrek aan financiële middelen dat al dan niet teweeg is gebracht door onverwachte omstandigheden zoals een echtscheiding, chronische ziekte of werkloosheid.
‘Schulden zijn niet altijd volledig de schuld van de schuldenaar’
De morele dimensie van schuldhulpverlening laat zien dat een problematische schuldsituatie niet alleen een feitelijke toestand is. Een schuld wordt namelijk niet alleen beoordeeld als een financiële verplichting tegenover een schuldeiser, maar ook als een morele verplichting waar boetedoening of een tegenprestatie tegenover staat. De aanname die hierachter schuilgaat is dat het aangaan van schulden de volledige verantwoordelijkheid is van de schuldenaar. Hierbij wordt geen rekening gehouden met onverwachte levensomstandigheden die voor een deel kunnen verklaren waarom er bepaalde financiële keuzes zijn gemaakt. De hoop is dat de verkorting van de wettelijke doorlooptijd van het Wsnp- en Msnp-traject er niet alleen voor zorgt dat mensen met problematische schulden sneller een schuldenvrij leven kunnen leiden, maar dat deze wetswijziging ook bijdraagt aan het maatschappelijk inzicht dat schulden niet altijd volledig de ‘schuld’ zijn van de schuldenaar.
Bibliografie
Douglas, A.X. (2016). The Philosophy of Debt. New York: Routledge.
Graeber, D. (2012). Schuld: De eerste 5000 jaar. Amsterdam: Business Contact.
Het Juridisch Loket. (z.d). Hoe werkt schuldhulpverlening van de gemeente?
https://www.juridischloket.nl/schulden-en-incasso/schulden-oplossen/schuldhulpverlening-gemeente/
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. (2023, 3 februari). Kamerbrief over implementatieplan Aanpak Geldzorgen, Armoede en Schulden. Rijksoverheid. https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2023/02/03/stand-van-zaken-implementatieplan-aanpak-geldzorgen-armoede-en-schulden
Mullainathan, S. & Shafir, E. (2013). Schaarste: Hoe gebrek aan tijd en geld ons gedrag bepalen.
Amsterdam: Maven Publishing.
NVVK. (2023, 23 januari). Strafelement moet uit schuldregelingen. https://www.nvvk.nl/page/1439/2023/01/23/Strafelement-moet-uit-schuldregelingen
NVVK. (2023, 14 februari). NVVK Live over halvering saneringstermijn. https://www.nvvk.nl/page/1439/2023/02/14/NVVK-Live-over-halvering-saneringstermijn?originNode=1420
Van Dale. (z.d.). Betekenis ‘schuld’. https://www.vandale.nl/gratis-woordenboek/nederlands/betekenis/schuld#.ZGdvbi-QlQI
Van Heezink, C. (2023, 24 februari). Hoe is het om in de schuldsanering te zitten? ‘Het is
therapeutisch voor me geweest. Ik ben verantwoordelijker geworden’. NRC.
https://www.nrc.nl/nieuws/2023/02/24/een-schuldsanering-is-geen-strafkamp-maar- gewoon-een-heel-goeie-oplossing-a4157909
VNG. (2023, 24 april). Verkorting aflosperiode van een schuldregeling in de Msnp. https://vng.nl/nieuws/verkorting-aflosperiode-van-een-schuldregeling-in-de-msnp
Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. (2022, 1 januari). https://wetten.overheid.nl/BWBR0031331/2022-01-01
Geef een reactie