Paul Pegels en Susanne van den Oudenhoven zijn de drijvende krachten achter De Plint, een innovatieve ruimte waarin opgavegericht samenwerken binnen de rijksoverheid centraal staat. Pegels is medeoprichter van De Plint en werkt bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aan het huisvestingsbeleid van de overheid, waarbij hij zich richt op het slim inzetten van kantoorruimtes voor maatschappelijke doelen. Van den Oudenhoven is betrokken vanuit het rijksbrede programma Grenzeloos Samenwerken, dat zich inzet voor het versterken van ambtelijk vakmanschap en opgavegericht samenwerken, met als doel het voorkomen van misstanden als de toeslagenaffaire of de stikstofcrisis.
Tijdens de Dutch Design Week dit jaar delen Pegels en Van den Oudenhoven hun ervaringen met het experiment De Plint, waarbij zij laten zien hoe een fysieke ruimte kan bijdragen aan effectiever opgavegericht samenwerken.
Wat is de achtergrond van het initiatief?
Pegels: ‘Vanuit mijn rol binnen ons huisvestingsbeleid denk ik graag na over hoe we innovatief kunnen omgaan met de inzet van kantoorruimtes. Bij het gebruik van rijkskantoren is de visie om deze zo breed als mogelijk in te zetten voor gebruik door rijksambtenaren, maar ook door anderen. Ze zijn immers met belastinggeld gefinancierd en dan is medegebruik een mooie manier om deze locaties maatschappelijk ter beschikking te stellen.’
Van den Oudenhoven: ‘Bij onze departementen J&V en BZK stond op de begane grond een ‘Plint’ leeg. Een ongebruikte ruimte voor opslag die al geruime tijd niet in bedrijf was. We wilden deze ruimte inzetten als experiment, met als doel opgaveteams uit te nodigen die een laagdrempelige ruimte zochten om samen te werken aan interdepartementale vraagstukken. De Plint past daarmee binnen het gedachtegoed van het programma Grenzeloos Samenwerken.’
Hoe is een en ander in gang gezet?
Pegels: ‘Om zoiets op te zetten, ga je buiten de gebaande paden denken. Ik help vanuit mijn enthousiasme en netwerk graag mee om het experiment verder te ontwikkelen om zo zoveel mogelijk impact te maken. Ik steek er graag m’n nek voor uit, want ik zie dat de vraag om teams buiten hun eigen departementen samen te brengen hard nodig is om opgavegerichter te kunnen werken. Daar kan Susanne meer over vertellen.’
Van den Oudenhoven: ‘Ons programma helpt de rijksdienst te verbeteren. Een van die pijlers is het versterken van ambtelijk vakmanschap. En in het verlengde daarvan opgavegericht werken, waarbij we collega’s helpen met het concreet maken van hun maatschappelijke opgave. Door op de begane grond een ‘opendeurenbeleid’ te hebben, door het ontbreken van toegangspoortjes kunnen collega’s vanuit alle rijksonderdelen en daarbuiten, samen komen om aan opgaven te werken en die kennis uit de praktijk meenemen in het realiseren van hun opgaven. En staan we in contact met de samenleving; mensen die langslopen komen even binnen om koffie te drinken, je hoort meteen we wat er speelt in de samenleving. Die kennis is waardevol.’
Werken jullie samen met meerdere partijen in De Plint?
Van den Oudenhoven: ‘Vanaf het eerste moment werken we met meerdere programma’s en collega-ambtenaren en bedrijven innovatief en laagdrempelig samen. Deze samenwerking bestaat uit partners binnen het rijk, zoals Rijksvastgoedbedrijf, Hybride Werken, Testlab OM en Agenda Stad.
Pegels: ‘En externe partners zoals Rever, met wie we om tafel zitten om te kijken hoe we de nieuwe De Plint in kunnen richten.’
Van den Oudenhoven: ‘Ja, we hebben medio september de sleutel gekregen van een nieuw in te richten Opgavehuis. Samen met de opgaveteams die hier werken (TestLab OM en Pilot Duurzame CAO, Rijks Innovatie Community) leren we al doende wat wel en niet werkt en zo ontwikkelen we het concept verder.’
Wat is volgens jullie de kracht van De Plint?
Van den Oudenhoven: “We hebben vier regels als centraal uitgangspunt voor De Plint (ook tussenruimte genoemd) gesteld, samen gebundeld zit daar de kern van de kracht in:
- De tussenruimte is onaf en dat laat ruimte voor eigen invulling en stimuleert eigenaarschap.
- De tussenruimte is neutraal. Zo faciliteert het een mate van gelijkwaardigheid en openheid om vrij te delen.
- De tussenruimte biedt laagdrempelige interactie tussen verschillende partijen.
- De tussenruimte is op straatniveau en vormt zo eerste stap tussen binnen en buiten.
‘Daarnaast vind ik het fascinerend om te zien hoe een fysieke ruimte op innovatieve wijze bijdraagt aan maatschappelijke vraagstukken. Ik hoop dat onze visie, in de vorm van dit lerende experiment, inspiratie kan bieden voor andere bedrijven of instellingen om hun (maatschappelijke) doelen te bereiken. We willen op de Dutch Design Week graag onze kennis delen, maar ook kennis opdoen. Over de schutting kijken noem ik het ook weleens. Na de Dutch Design Week gaan we verder op tour om anderen te inspireren. Zoals de Dag van de Bedrijfsvoering binnen het rijk.’
Pegels: ‘Ik vind het belangrijk om ook binnen het rijk te delen dat het een laagdrempelige en toegankelijke ruimte is die uitnodigt om samen te komen werken, maar als je me echt zou vragen wat de kracht is, is dat we zonder middelen toch iets van de grond hebben krijgen.’
Jullie gaven aan dat er een tweede De Plint in de maak is. Wat zegt dat over het succes van jullie experiment?
Van den Oudenhoven: ‘Vooral het belang dat zulke ruimtes nodig zijn. De eerste De Plint voelde als een campingvariant. We moesten van scratch beginnen om de ruimte aan te kleden. En alles eerst zelf doen. Nu de eerste De Plint staat, hoeven we het wiel niet meer uit te vinden. En is er vertrouwen om het concept verder uit te rollen.’
Pegels: ‘Het is mooi om te zien dat het succes en de bekendheid van de eerste De Plint helpt om de tweede De Plint (letterlijk) vorm te geven en rijksonderdelen geneigd zijn eerder en sneller te helpen.’
Kunnen we nog meer Opgavehuizen verwachten?
Pegels: ‘Uiteindelijk zou ik het fijn vinden dat we De Plint schaalbaar kunnen maken. Meerdere ruimtes openen in verschillende steden die we naar het concept van De Plint kunnen inrichten. Maar omdat we lerend ontwikkelen en dus alles stap voor stap doen, ben ik voorzichtig met doelstellingen.’
Van den Oudenhoven: ‘Daar is Dutch Design Week een mooi uithangbord voor: inspireren van anderen, maar zelf ook kennis en kunde meenemen om volgende Opgavehuizen te realiseren en nog beter in te kunnen zetten. We zijn overigens enorm geholpen door creatieve, innovatiecollega’s, zoals Jeroen Wijers van het Rijksvastgoedbedrijf. We weten inmiddels dat als we echt willen opschalen we richting het systeem moeten bewegen binnen onze organisaties.’
Meer informatie
De Plint: het opgavehuis van de Rijkoverheid | Grenzeloos Samenwerken. Contact: DePlint@Rijksoverheid.nl
Geef een reactie