Iemand die u de basisingrediënten voor een moreel kompas zou kunnen bieden is de Franse filosoof, journalist en criticus Julien Benda. Zijn boek Het verraad van de intellectuelen, verschenen in 1927, is nu ook in het Nederlands vertaald. Hierin vraagt Benda aandacht voor waarden als rechtvaardigheid, waarheid en rede. Waarden die ieder weldenkend mens goed kan gebruiken.
Onlangs publiceerde Freedom House, een Amerikaanse organisatie die het democratisch gehalte van de wereld bijhoudt, haar nieuwste rapport over de ontwikkeling van de democratie in 195 landen en veertien regio’s. Uit het rapport Freedom in de world blijkt dat voor het dertiende jaar achtereen de democratie terrein heeft moeten prijsgeven. In 68 landen ging het met de politieke rechten en de burgerlijke vrijheden achteruit, terwijl in vijftig landen sprake was van verbetering. Kijkend naar Europa zien we vooral in Rusland, Hongarije, Polen, Servië en Turkije autocratische leiders die steeds meer invloed en grip op het publieke leven en het gedrag van burgers krijgen. Ook in West-Europa zien we bewegingen en politieke partijen die de democratie en de rechtsorde steeds minder belangrijk te vinden en politieke onverschilligheid en haat aanwakkeren.
Nationalisme, vreemdelingenhaat, antisemitisme en racisme lijken zich opnieuw meester te gaan maken van de collectieve belevingswereld van burgers. Politieke driften en de emoties van de massa dreigen opnieuw de wereldgeschiedenis te gaan domineren. Onvergankelijke universele waarden als waarheid, rechtvaardigheid en rede staan meer dan ooit onder druk. Hoe lukt het in dergelijke gevallen dan toch om als individu vast te houden aan morele principes van rechtvaardigheid en menswaardigheid? Die uitdaging is opnieuw urgenter dan ooit.
Moreel kompas
Iemand die u de basisingrediënten voor een moreel kompas zou kunnen bieden is de Franse filosoof, journalist en criticus Julien Benda. Hij is een onafhankelijke denker die de in 1894 op basis van valse documenten van verraad verdachte Joodse officier Alfred Dreyfus verdedigde en het waagde het intuïtionisme van de filosoof Henri Bergson aan te vallen. Benda, in 1867 in Parijs geboren, werd vier keer genomineerd voor de Nobelprijs voor literatuur en eenmaal voor de Prix Goncourt. Zijn in 1927 verschenen boek Het verraad van de intellectuelen is een scherpe aanklacht tegen degenen die tijdens de Dreyfus-affiare door politieke driften hebben laten meeslepen.
‘Intellectuelen ontdoken volgens Benda op
schandelijke wijze hun verantwoordelijkheid’
Benda, overleden in 1956, geeft aan dat juist in tijden van crisis en moreel verval vooral van intellectuelen een rol mag worden verwacht. Intellectuelen ontdoken volgens hem in de jaren dertig op schandelijke wijze hun verantwoordelijkheid. In zijn tijd verkwanselden intellectuelen rationeel en logisch denken. Ze negeerden universele waarden, en lieten zich meeslepen door partijbelangen en vergoddelijkt ‘realisme’ en ‘pragmatisme’.
Benda’s weergaloze aanklacht waarin hij met een vooruitziende blik zonder enige reserve ingaat tegen de tijdgeest blijft onverminderd actueel. In Het verraad van de intellectuelen daagt Benda zijn lezer op elke pagina uit om op te staan tegen elke vorm van machtsmisbruik en cynisme. Het boek beleefde in het eerste bestaansdecennium maar liefst twintig drukken in Frankrijk. In het jaar van verschijnen kwam het boek ook uit in het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. Nu, negentig jaar later, is het boek voor het eerst in het Nederlands vertaald. In een mooie vertaling van Eva Wissenburg en voorzien van een uitgebreid voorwoord van de historicus en publicist Thijs Kleinpaste.
Klerkenverraad
Het boek gaat niet over Dreyfus of de periode vóór de Eerste Wereldoorlog, maar over het interbellum, de jaren tussen de Eerste en Tweede Wereldoorlog. En hoewel het boek nogal sterk wordt gedomineerd door voorbeelden over hoe Franse intellectuelen hun ‘klerkenverraad’ vormgaven, zoals Georges Boulanger, Maurice Barrés, Charles Maurras en vergelijkbare intellectuelen, wordt het boek op geen enkel moment saai. Het leest zelfs als een trein. De grote kwaliteit van Benda’s analyse, zegt Kleinpaste terecht, is de minutieuze bespreking van de talloze manieren waarop het klerkenverraad in Frankrijk in die periode tot uitdrukking kwam.
‘Het boek gaat in feite over de intellectuele onafhankelijkheid van de geest’
La Trahison des clercs, de originele Franse titel, gaat niet over de Franse clercs en geestelijkheid of de Nederlandse (weinig kleurrijke) kantoorbediende. Het gaat in feite over de intellectuele onafhankelijkheid van de geest. Het gaat over elk denkend individu dat zijn hoofd en hart gericht houdt op waarden als waarheid, rechtvaardigheid en barmhartigheid. Gedurende het boek wordt steeds duidelijker wie Benda met zijn ‘klerk’ voor ogen heeft. Het gaat niet om de ‘intellectueel’ zoals die in Nederland vaak wordt gezien, de universitaire geschoolde die de politiek is ingegaan.
Nee, het gaat over iedereen die de universele rechten van het individu ondergeschikt maakte aan de belangen en vitaliteit van het nationale volk. Het gaat over de intellectuelen die hun intellectuele onafhankelijkheid opgaven en zich uit vrije wil hadden aangeboden als zaakwaarnemers van het nationalisme. Degenen die pseudo-abstracties als ‘de Franse natie’, ‘het leger, ‘het volk’, ‘de massa’, ‘nationale eer’ of ‘de staat’ belangrijker gingen vinden dan ‘het individu’, ‘vrijheid’, ‘rechtvaardigheid’ en ‘rechtstaat’. Zij hadden volgens Benda hun historische opdracht om moreel te handelen verraden. Hun plicht om op cruciale momenten hun stem te verheffen tegen de macht, heersers tegen te spreken en het ressentiment van de massa te trotseren.
Klerikale waarden
De Nederlandse vertaling eindigt met het door Benda geschreven voorwoord bij de editie van 1946 en een appendix over klerikale waarden. In het voorwoord uit 1946 zegt Benda dat zijn stelling van destijds nog niets aan waarde heeft ingeboet. Integendeel, zegt hij. Waren intellectuelen als Maurice Barrés en Charles Maurras bij uitstek voorbeelden van intellectuelen die verraad pleegden om de natie vooruit te helpen, in de twintig jaar daarna waren de motieven van intellectuelen heel anders en hebben de Franse klerken met hun ‘collaboratie’ hun vaderland juist opzettelijk verraden.
Een van de kenmerken is volgens Benda dat intellectuelen zich zijn gaan mobiliseren onder de vlag van ‘de orde’. En tot op de dag van vandaag lijkt ‘orde’ in tal van landen een belangrijk argument te zijn om politieke rechten en burgerlijke vrijheden de nek om te draaien. Een ander kenmerk is dat de wereld niet meer vanuit de rede wordt bekeken, maar vanuit een mystiek of goddelijk uitgangspunt. Er wordt uitgegaan van een zekere onvermijdelijkheid der dingen waar de mens geen invloed meer op heeft.
In de afsluitende negen pagina’s tellende appendix worden de klerikale waarden nog eens opgesomd. De belangrijkste zijn volgens Benda rechtvaardigheid, waarheid en rede. Het zijn in feite de basisingrediënten voor het morele kompas van de hedendaagse intellectueel en ieder weldenkend mens. In het bijzonder degenen die een cruciale plek in de samenleving innemen, zoals de journalist, de schrijver, de parlementariër, de wetenschapper en de columnist. Vooral zij dienen Het verraad van de intellectuelen te gaan lezen.
Julien Benda, Het verraad van de intellectuelen, Amsterdam University Press, 272 pagina’s, 2019.
Geef een reactie