Ha Lisette en Martijn,
In deze wekelijkse reeks onderzoeken Merlijn Ballieux, Martijn Jebbink en Lisette de Waard de praktijk van samenwerken aan complexe maatschappelijke opgaven. Van binnen en van buiten.
Het is een mooie gewetensvraag Martijn; hoe gebruik je je macht als ambtenaar en wat is er nodig om echt moeite te doen voor elkaar? Veel mensen zullen het met je eens zijn dat het kennen van de uitvoering, de bedoeling en de menselijke maat centraal moet staan in de oriëntatie van rijksambtenaren. Toch lijkt het vaker niet, dan wel te lukken in grote opgaves.
Ik zie in mijn praktijk veel ambtenaren – met goede bedoelingen – vastlopen en zelfs afhaken in hun werk. Samenwerken op een opgavegerichte manier is blijkbaar taai. Collega’s lijken soms eerder hindermacht te zijn dan hulptroepen. Dit is gek, want we praten toch al een aantal jaar over één overheid, een nieuwe bestuurscultuur en de menselijke maat voorop, maar het is de vraag of we daar echt dichterbij komen?
‘Het dienen van het politieke spel lijkt leidend te zijn’
Misschien komt het doordat we uiteindelijk vaak ambtenaren aanspreken en sturen op de belangen van de afdeling, het departement of de sector en minder op het publieke belang. Daarnaast vragen we in menig vacature en ontwikkelgesprek om meer sensitiviteit te ontwikkelen voor het bestuur, waarin het dienen van het politieke spel leidend lijkt te zijn. Ambtenaren die hier goed in zijn, maken ook nog steeds het snelst carrière.
Kortom, de omgeving waarin veel rijksambtenaren verkeren is er een die verleidt om je meer te richten op je “eigen” belangen en het politieke spel en minder op de bedoeling of het perspectief van de inwoner, dus wat mag je van hen verwachten?
‘Misschien helpt het om mensen met andere achtergronden en ervaringen aan te nemen’
We zullen rijksambtenaren meer moeten helpen. Hierbij is oprechte nieuwsgierigheid de basis van het werk, luisteren een fundamentele vaardigheid en onafhankelijk denken een pre om je werk goed te doen. Ook in de uitvoering, daar waar ze vaak problemen voor het eerst signaleren, zou onafhankelijk denken en durf om je actief te bemoeien met de beleidskant heel normaal moeten zijn.
Dit kan wellicht door mensen met een andere achtergrond en ervaring aan te nemen. Mensen die wellicht zelf van dichtbij schulden hebben meegemaakt of een kind hebben met een meervoudige handicap. Dan ga je toch anders kijken naar de keuzes die je maakt en zijn je wortels sterk genoeg om tegenwicht te bieden. Maar niet iedereen is als Obelix als kind in de pan met toverdrank gevallen en is zo sterk dat je niet afgeleid raakt van de bedoeling.
Wanneer de Romeinen kwamen, dan maakte Panoramix snel toverdrank om de rest van het dorp sterk genoeg te laten zijn. Wat nou als we steeds vaker mensen aannemen die praktijkervaring hebben en geworteld zijn vanuit de bedoeling? En gaandeweg leren we ze meer klassieke ambtelijke vaardigheden in plaats van andersom? En wat nou als we bedenken welke toverdrank er nodig is om een omgeving te creëren, die het onvermijdelijk maakt voor ambtenaren om hun oriëntatie als vanzelfsprekend op de opgave en het publieke belang te richten? Welke ingrediënten zouden dan in die toverdrank zitten?
Geef een reactie