Een gevalletje van goede timing. Zo zou Bolle Jos. Drugscrimineel van Hollandse bodem van Hans Werdmölder over Bolle Jos[1] wel getypeerd kunnen worden. Wie had er immers, buiten een kleine kring van geïnteresseerden, ooit van Jos Leijdekkers, alias Bolle Jos, gehoord? En toen, begin januari, was hij opeens voorpaginanieuws. Prominent op een foto in Sierra Leone bij een kerkdienst met de president ‘himself’ en diens dochter. Een dochter met wie hij, naar verluidt, een verhouding zou hebben. En dat voor één van Nederlands meest gezochte drugscriminelen. Want dat is Jos Leijdekkers.
Beeld Prometheus
Dat de plotselinge publiciteit Werdmölders slothoofdstuk – waar houdt Bolle Jos zich schuil? – wat gedateerd maakt, kan de auteur niet verweten worden. Soms gaan ontwikkelingen sneller dan je schrijvend bij kunt houden.
BN’er
Jos L. is in Nederland bij verstek tot 24 jaar cel veroordeeld, wegens grootschalige handel in cocaïne. En in België ook nog eens tot een jaar of tien. Bijna onzichtbaar voor het grote publiek is Justitie al een paar jaar tevergeefs naar hem op jacht. Maar opeens was Bolle Jos geen onzichtbare voortvluchtige meer, geen grote onbekende, maar een soort BN’er, die alle aandacht trok.
Het gelukkig toeval voor Hans Werdmölder (en zijn uitgever) wilde dat hij zich al geruime tijd geleden de vraag had gesteld wie deze relatief onbekende ‘drugscrimineel van Hollandse bodem’ eigenlijk was. Een veroordeling tot 24 jaar is immers niet niets en een plaats hoog op de most wanted-lijst van Europol evenmin. Het antwoord op de vraag wie Jos L. eigenlijk is, is het hier besproken boek.
Werdmölder rondde zijn boek af, kort voor Bolle Jos opeens zo zichtbaar in beeld kwam. De presentatie van zijn boek was toen al gepland voor eind januari ’25. EEn gevalletje van goede timing, al berust de samenloop volstrekt op toeval. Maar het leidde er wel toe dat dit boek binnen een week in dikke stapels bij elke boekwinkel lag. Het leidt er ook toe dat de uitgever besloot om in volgende drukken een QR-code aan te brengen, die de lezer toegang biedt tot de meest actuele ontwikkelingen in de zaak Bolle Jos.
Stereotype beeld
Werdmölder, criminoloog en antropoloog deed veel en langdurig onderzoek onder Marokkaanse jongeren en schreef daarover een aantal boeken. Hij schreef de laatste jaren meer en meer over drugscriminaliteit in Nederland en recent ook over de zaak Ridouan Taghi.[2] Dit boek laat zien dat – anders dan het stereotype beeld wil – zware criminelen in Nederland zeker niet exclusief uit Marokkaanse, Turkse of (ex)Joegoslavische kring komen. Ook autochtone Nederlanders kunnen er wat van. Dat wisten we eigenlijk ook al sinds Klaas Bruinsma en Willem Holleeder en hun entourages.
Maar de huidige (drugs)smokkel is, vergeleken met de smokkelaars van toen, ongekend
Maar de ‘Mocro Wars’ en de Taghis – Ridouan voorop – vertekenen dat beeld de laatste decennia. Vooral Brabant, waar Jos L. vandaan komt, telt tal van zware drugscriminelen. Meer dan eens zijn ze de verre nazaten van de ‘onschuldige’ boter- en sigarettensmokkelaars van weleer. Maar de omvang van de huidige (drugs)smokkel is, vergeleken met de smokkelaars van toen, ongekend.
Alleen al in België zou Bolle Jos tussen 2017 en 2021 15.000 kilo cocaïne gesmokkeld hebben; straatwaarde bijna een half miljard (p. 136). Niet alleen de schaal is drastische veranderd. Er is ook, volgens Belgische onderzoeksrechters ‘een verschrikkelijke verruwing aan de gang (..) waartegen de overheid niet is opgewassen’. Zelfs vanuit de gevangenissen worden door drugscriminelen afrekeningen gepland en strafbare feiten gepleegd” (p. 151). Het zal duidelijk zijn dat de situatie in België wat dat betreft niet wezenlijk anders is dan die in ons land.
Allesbehalve uniek
Werdmölder maakt gaandeweg ook duidelijk dat Bolle Jos allesbehalve uniek is. De drugsscene in Nederland en België – in het bijzonder de invoer, doorvoer en handel in cocaïne en synthetische drugs – wordt zeker niet door één enkele drugsbaron beheerst. Er zijn er meer dan Bolle Jos. Soms werken ze met elkaar samen en soms vechten ze (zeer gewelddadige) conflicten met elkaar uit (onder andere hoofdstuk 10).
Opvallend is ook hoe wijd vertakt de netwerken van dergelijke drugscriminelen zijn. In Nederland van steeds jongere jochies die als uithalers (van containers) fungeren tot aan corrupte havenmedewerkers, importeurs en douaniers. Maar er zijn ook tal van internationale schakels met productielanden in Zuid-Amerika en met relatief nieuwe importlanden van drugs in Westelijk Afrika. Het is allesbehalve toeval dat Bolle Jos nu daar, in Sierra Leone, opduikt.
Kwalijke bijrol
Wat ook in dit boek over de wereld van de drugscriminaliteit weer opvalt is de belangrijke en kwalijke bijrol die weggelegd is voor allerlei typen facilitators als (malafide) advocaten, vastgoedhandelaren, accountants etc. (onder andere p. 161): ‘nette handlangers van de criminelen (…) gehaaide advocaten en zeer deskundige fiscalisten’ (p. 154).
Het verhaal van Bolle Jos is een min of meer of klassiek verhaal van grootschalige drugssmokkel – tegenwoordige vooral cocaïne, nu aan wiet steeds minder te verdienen valt (p.68) – van megawinsten en van grof geweld om de eigen markt en marktwaren te beschermen. Bolle Jos is een grote en uiterst gewelddadige speler maar uniek is hij dus zeker niet. Zolang illegale markten zo lucratief zijn, als gevolg van het repressieve drugsbeleid, valt er ook weinig verbetering te verwachten. Als het Justitie al zou lukken Bolle Jos achter de tralies te krijgen – wat momenteel in maart 2025 uiterst onzeker is – dan nog staan er vele anderen klaar die het risico graag op de koop toe nemen, zolang er zo extreem veel te verdienen valt. De weinig populaire maar wel correcte boodschap is dan ook dat alleen een drastische wijziging van het repressieve drugsbeleid echt zal helpen.[3]
Voetnoten
[1] Hans Werdmölder, Bolle Jos. Drugscrimineel van Hollandse bodem. Amsterdam: Prometheus, 2025. 165 pagina’s.
[2] Een aantal van zijn boeken besprak ik eerder op dit platform. Zie: https://platformoverheid.nl/author/lex-cachet/.
[3] Lex Cachet, Drugs of drugsbeleid: Wat is het echte probleem? Cahiers Politiestudies, 2025-1, 39-68.
Geef een reactie