Veelvuldige, landelijke verkiezingen lijken niet alleen burgers ‘verkiezingsmoe’ te maken, maar publieke werknemers ook ‘verandermoe’. Maakt het als publieke werknemer eigenlijk uit wie je politieke baas is?
Als de PvdA en de VVD er inderdaad in slagen ‘de rit uit te zitten’ – en er voor het eerst sinds Kok I (1994-1998) weer een kabinet de volledige vier jaar regeert – zijn er in maart 2017 verkiezingen voor de Tweede Kamer. Een spannende tijd. Niet alleen voor politieke partijen, maar zeker ook voor werknemers in de publieke sector. Wie worden hun nieuwe politieke bazen en welke veranderingen zullen zij in gang zetten?
‘Ook in Nederland moet niet te lichtzinnig worden gedacht over het effect van politieke verandering op de baantevredenheid van publieke werknemers’
Stel je de hypothetische situatie voor dat de voorspellingen van Maurice de Hond uitkomen en de PVV in 2017 een overweldigende verkiezingsoverwinning boekt. En er vervolgens ook nog in slaagt een kabinet te vormen met meerdere PVV-bewindspersonen. Uit resultaten van een onderzoek uit 2010 onder ongeveer 3300 ambtenaren van rijk, provincies en gemeenten (Bekkers, 2010) blijkt dat ongeveer één op de drie ambtenaren hier erg veel moeite mee heeft en overweegt op te stappen. De politieke kleur van de machthebbende zou een dermate negatief effect hebben op het werkplezier en -motivatie, dat vertrekken de beste optie lijkt. De assumptie die hieraan ten grondslag ligt is dat een betere aansluiting tussen de politieke kleur van publieke werknemers en de politieke kleur van politieke machthebbers een positief effect heeft op de baantevredenheid van publieke werknemers. Maar is dit eigenlijk wel zo?
Baantevredenheid
Als werknemers tevreden zijn met hun baan, presteren ze over het algemeen beter (Judge et al., 2001). Voor werkgevers is het dus belangrijk baantevredenheid te monitoren en te bevorderen. Het is wat dat betreft niet verrassend dat er al veel onderzoek is uitgevoerd naar factoren die baantevredenheid beïnvloeden. Hierbij wordt aandacht besteed aan werkgerelateerde maar ook aan persoonlijke factoren. Levensgebeurtenissen als een scheiding of het krijgen van een kind blijken namelijk een (sterk) effect te hebben op baantevredenheid (Georgellis et al., 2012). Opvallend is dat bij onderzoeken naar werkgerelateerde factoren de focus vooral ligt op de gevolgen van interne factoren als reorganisaties en baanveranderingen. Er is weinig onderzoek uitgevoerd naar het effect van ‘externe shocks’, zoals een wisseling van de politieke macht na verkiezingen.
Onderzoekers Tabvuma, Bui en Homberg uit Engeland hebben getracht dit te veranderen (2014). Zij onderzochten namelijk in hoeverre politieke machtswisselingen de baantevredenheid van publieke werknemers beïnvloeden en welke rol politieke voorkeur hierbij speelt.
Politieke machtswisseling
Uit het onderzoek blijkt allereerst dat de match tussen politieke voorkeur van werknemers en politiek machthebbenden inderdaad van invloed is op de baantevredenheid van publieke werknemers. Opvallend hierbij is het duidelijke verschil tussen mannen en vrouwen. Voor mannen stijgt de baantevredenheid in het jaar direct na de politieke machtswisseling, indien er sprake is van gematchte politieke voorkeur. Na een jaar is dit effect verdwenen. Voor vrouwen daarentegen daalt de baantevredenheid in de twee tot drie jaar na de politieke machtswisseling, zelfs als er sprake is van gematchte politieke voorkeur.
De verklaring die voor dit laatste wordt aangedragen is dat de organisatorische veranderingen als gevolg van de wisseling in politiek leiderschap een negatief effect hebben op vrouwen.
Nederlandse situatie
Kunnen we deze resultaten nu een-op-een vertalen naar de Nederlandse situatie? Nee. De politieke organisatie in Engeland is immers heel anders dan die in Nederland. Wat de resultaten van dit onderzoek echter wel laten zien is dat er, ook in Nederland, niet te lichtzinnig moet worden gedacht over het effect van politieke verandering op de baantevredenheid van publieke werknemers en de onzekerheid die dit voor hen oplevert, zeker waar het vrouwen betreft: this is evidence that there is complete adaptation to a change in political leadership only after two or three years (Tabvuma et al., 2014, p. 390).
Dit suggereert dat regelmatige landelijke verkiezingen niet alleen burgers ‘verkiezingsmoe’, maar publieke werknemers ook ‘verandermoe’ maken. Alleen al hierom is de ambitie van Rutte II om de eindstreep te halen prijzenswaardig. En wie weet inspireren ze hun opvolgers.
Literatuur
Bekkers, H. (2010). Moeite met PVV-bestuurder. Binnenlands bestuur (2010).
Georgellis, Y., Lange, T., & Tabvuma, V. (2012). The impact of life events on job satisfaction. Journal of Vocational Behavior, 80(2), 464-473.
Judge, T.A., Thoresen, C.JH., Bono, J.E., & Patton, G.K. (2001). The job satisfaction-job performance relationship: a qualitative and quantitative review. Psychological Bulletin, 127(3), 376-407.
Tabvuma, V., Bui, H.T.M., & Homberg, F. (2014). Adaptation to externally driven change: The impact of political change on job satisfaction in the public sector. Public Administration Review, 74(3), 384-395.
Geef een reactie