In een serie artikelen gaat platform Overheid op zoek naar de waarde van het programma Startup in Residence (SiR). Vandaag: wat zijn de ervaringen van ambtenaren die nauw met startups samenwerk(t)en aan een specifieke innovatie?
In een serie artikelen gaat platform Overheid op zoek naar de waarde van het programma Startup in Residence (SiR). In het kader van dit programma nodigen diverse overheden startups uit om innovatieve oplossingen te ontwikkelen voor maatschappelijke uitdagingen, die voortkomen uit landelijke, provinciale en regionale ambities. Lees hier het eerste artikel, hier het tweede, hier het derde, hier het vierde artikel, hier het vijfde artikel en hier het zesde artikel in deze reeks. Bekijk hier ook de MOOC over dit onderwerp, ontwikkeld in samenwerking met het ministerie van BZK.
Lieke Schouwenaars – ministerie van Justitie en Veiligheid
“Superleuk”. Zo omschrijft Lieke Schouwenaars van het ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV) haar ervaring met SiR. “Ik ben al heel lang ambtenaar. Bij andere experimenten worden mensen toch geremd door organisatiestructuren. Nu zaten we met SiR in een kokertje waarin alles kon.”
JenV onderzoekt sinds 2017 met het programma Koers en Kansen hoe de uitvoering van straffen te vernieuwen is. Een van de vragen is: hoe kun je met meer en andere informatie over verdachten betere straffen opleggen? Startup Pandora Intelligence maakte in 2018 een tijdlijn van verdachten, vanaf de geboorte tot arrestatie. Daarbij werd openbare informatie van sociale media toegevoegd. Zo is bijvoorbeeld te zien dat iemands gedrag verbetert bij de start van een nieuwe baan.
Schouwenaars had een klik met de startup: “Ik vond altijd tijd voor overleg. Ik ben competitief en omdat dit een soort competitie was, wilde ik snel reageren als Pandora vragen had. Erg druk, maar ik kreeg er veel energie van.” De startup hielp ook plooien gladstrijken. “Als Maaike van Pandora veel discussie in een vergadering merkte, belde ze de betrokkenen om ze op één lijn te krijgen. Dat koppelde ze terug aan mij. Ze was heel flexibel en doelgericht.”
‘Bij SiR werden we niet geremd door organisatiestructuren. We zaten in een kokertje waarin alles kon’
Hoe leuk SiR ook was, Schouwenaars liep na het programma tegen dichte deuren op: “Je wilt een andere manier van werken introduceren, dat lukt tijdens het programma. Maar daarna is er geen opvolging die aansluit bij die manier van werken. Dan moet het mee in de gewone gang van zaken, van advieskantoren en grote aanbieders van ICT-technologie. Het sterft een stille dood. Ministeries moeten zich wat aanpassen om het product succesvol te maken.”
Collega’s van Schouwenaars bekeken Pandora ook met argusogen: “Hoeveel telefoontjes ik wel niet kreeg van interne diensten: ‘dit kunnen onze ICT-ers ook’. Er is angst dat zo’n project werk van anderen wegneemt.” Toch kijkt Schouwenaars met een positief gevoel terug op SiR: “Door de experimentele werkwijze kwamen bij onze klassieke partnerorganisaties andere mensen bovendrijven om mee te denken. Het resultaat was prachtig.”
Boris Bonsel en Rosalinde Schoemaker – Logius
Logius heeft voor het SiR Programma van BZK de challenge ‘ondernemer aan het stuur’ ingediend. Startup Blockbird heeft zich hiervoor aangemeld om ondernemers te helpen bij banken zogeheten groene financieringen aan te vragen. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) behandelt die verzoeken. Ondernemers en banken moeten de status van hun aanvraag kunnen zien, ondernemers moeten zien waar hun gegevens worden gebruikt. Hoewel het programma in mei begon, kon Blockbird pas na enkele maanden aan de slag, erkent challenge-houder Boris Bonsel van Logius: “Een duidelijke opdracht is belangrijk. Bij de pitches waren we al zoekende over stakeholders en de grootte van het probleem. Een startup moet weten wat je verwacht. We verloren drie maanden.”
De betrokkenheid van andere organisaties compliceert het project, zegt Rosalinde Schoemaker van Logius: “We zijn geen probleemeigenaar. Niemand is eigenaar, omdat een probleem van ondernemers centraal staat.” Dat ziet Bonsel ook: “Je hebt medewerking nodig van partijen, van wie je hun agenda of bereidheid tot samenwerking niet controleert.”
Soms verwacht het enthousiaste Blockbird misschien te veel van het project, zegt Schoemaker: “Ik ben daarom af en toe zoekende in de samenwerking, omdat ik me bezwaard voel hen af te remmen als zij weer nieuwe ideeën presenteren. Maar belangrijk is dat we de opdracht niet te groot maken omdat we in zo’n korte tijd een werkend product moeten maken. Dan moet je kiezen. Mooi is hoe onbevangen Blockbird betrokken partijen benadert. Met andere vragen vinden ze andere informatie.”
‘Laat startups pionieren. Anders kom je steeds bij dezelfde gevestigde partijen uit’
De begeleiding van de startup door een mentor van Ideahackers, een organisatie die innovatie ondersteunt, helpt Logius. “De mentor snapt de worsteling van startups, weet welke stappen nog nodig zijn voor het eindresultaat. Hij kan het juiste tempo beter inschatten. Ik kan een tijdsplanning maken, maar ik weet minder van benodigde tussenstappen”, zegt Bonsel. Het doel is dat Blockbird eind oktober een product oplevert.
Bonsel raadt ambtenaren aan mee te doen aan SiR: “Het is niet bedreigend voor eigen programma’s, je doet het buiten de staande organisatie om. En startups zijn niet bang omdat ze bagage missen. Laat ze pionieren. Anders kom je door mantelovereenkomsten steeds bij dezelfde, gevestigde partijen uit.”
Wouter de Hoog – Gemeente Den Haag
Voor beleidsprioriteiten in vijf wijken van stadsdeel Loosduinen wilde de gemeente Den Haag de behoeften van bewoners weten. Er waren per buurt demografische gegevens, maar die vertelden niet wat mensen in hun wijk wilden. Om dat helder te krijgen, wil Startup Landscape datasets met veel informatie gebruiken waar de gemeente nu weinig mee doet. Bewoners vragen bijvoorbeeld soms subsidie aan. Ze moeten dan aangeven waarom ze iets organiseren: zijn er veel eenzamen, kennen mensen elkaar niet? Deze dataset geeft veel informatie over wensen en problemen in een wijk.
Participatiemedewerker Wouter de Hoog stapte tijdens het lopende SiR-programma in en houdt contact met Landscape. “Leuk aan een startup is dat ze buiten de lijnen denken. Als bepaalde informatie niet te krijgen is, willen ze weten: wat is dan wel beschikbaar, wat kunnen we wel gebruiken? Ze doen niet aan langdradige gesprekken. Het is ook fijn dat zij heel geïnteresseerd waren in het proces om een wijkagenda te maken. Zij hebben ons laten zien wat data science is.”
De Hoog merkt dat hij door de startup anders werkt. “Bij andere bedrijven zeg je: ik wil dit hebben, dit is de informatie waar je het mee moet doen. Bij een startup leg je veel meer de vraag bij hen neer. Daardoor is het ook een proces van trial and error.”
‘Door samenwerking met de startup heb ik mijn eigen organisatie beter leren kennen’
Er is dan ook iets misgegaan. De uitgekozen databronnen bleken niet meteen in te zetten. De diensten die de gegevens beheren, hebben vragen over privacy en willen meepraten over de challenge. “Het verwachtingsmanagement richting de startup is belangrijk. Daarom is het fijn eens per twee weken te praten over de stand van zaken. Ik leg veel uit waarom we deze problemen hebben. Daarnaast proberen we de startup in te zetten om informatie te krijgen. Hun enthousiasme kan daarbij helpen.”
Het eerste resultaat van Landscape was gepland in oktober, maar is misschien later af. Ondanks de hobbels vindt De Hoog zijn werk voor SiR leuk. “Data science is interessant. We ontdekken nu bijvoorbeeld dat wijkstudies niet op dezelfde manier met onderzoeksvragen en demografische factoren zijn opgebouwd. Door samenwerking met de startup heb ik zo mijn eigen organisatie beter leren kennen.”
Geef een reactie